Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Zie van den hemel af, en aanschouw [57]van Uw heilige en Uw heerlijke woning; waar zijn [58]Uw ijver en [59]Uw mogendheden, [60]het gerommel [61]Uws ingewands en Uwer barmhartigheden? [62]Zij houden zich tegen mij in. 57. Dat is van den hemel, die ook Deut.26:15 genoemd wordt de woning zijner heiligheid. 58. Over uw volk en tegen uwe vijanden? Menselijkerwijze van God gesproken. Zie boven hfdst.9 vs.6. 59. Of, uwe machten, dat is, uw krachtige werken, of wonderen, gelijk Matth.13:58. 60. Of, het gewoel, het geluid. Anders: de veelheid. 61. Dat is, van uw hart. 62. Of, zij houden zich tegen mij gesloten; dat is, zij laten zich tegen mij niet blijken, gelijk in voortijden. Anders: houden zij zich tegen mij gesloten?